Home Verhaal Fotoboek Discussiegroep



Overvalploeg Didam
> Algemeen
> Situatie Didam op 10 mei 1940
> Personele sterkte NL
> Instructies personeel
> Overvalploeg Westervoort
> Opzet overvalploeg
> Uniformen overvalploeg
> Nederlandse hulppersonen
> Brandenburger vrijwilligers
> Ic-dienst/ Feindnachrichten OKW

Bronmateriaal
> Kaderlijst NL
> Tijdtafel 9/10 mei 1940

Verhalen en verslagen
> Verslag C.-22 G.B.
> Verslag C.-2-22 G.B.
> Verslag C.-1e-2-22 G.B.
> Verslag C.-3-22 G.B.

> Dagboek Klaas Kaspers
> Dagboek Henk Vernij
> Verklaring H. Vernij
> Verklaring W. Nova
> Verklaring van Zuuren

Kaartmateriaal
> Stafkaart Arnhem en omgeving 1933
> Vuurplan IJssellinie/Westervoort
> Duitse opmars IJssellinie Zuid

Personen
> Sergeant Klaas Kaspers

Organisaties
> NSBND
> Duitse inlichtingendienst
> Abwehrabteilung II


 

Oorsprong van de Brandenburger


Op 1 juni 1938 werd de Duitse inlichtingendienst door het toenmalig hoofd Admiral Wilhelm Canaris gereorganiseerd in drie grote afdelingen: Abwehrabteilung I (spionage), II (sabotage) en III (contraspionage). Abwehrabteilung II was de opvolger van onderafdeling I S(abotage). Oberstleutnant i. G. Helmuth Groscurth, de eerste commandant van Abwehrabteilung II, trof in overleg met Canaris de voorbereidingen voor heuse gevechtseenheden; Kampf-Truppen.

Abwehrabteilung II
De belangrijkste doelstelling van de Abwehrabteilung II was het aantasten van de gevechtskracht van de (mogelijke) tegenstanders. De dienst had betrekkelijk veel vrijheid bij het gebruik van middelen. Er werd een scala aan mogelijkheden benut, grofweg van simpele propaganda tot militaire aanslagen op strategische objecten. (1) De handelwijze was veelal dezelfde. Eerst legde de dienst eerst contact met Volksduitsers in het (mogelijk toekomstige) vijandelijk gebied, daarnaast zocht men contact met minderheden of bewegingen in het betreffende land die zich tegen de zittende regering keerden. Was de voedingsbodem daartoe rijp genoeg dan werden de Volksduitsers en de minderheden van wapens en sabotage-middelen voorzien en pleegden ze handelingen die de militaire slagkracht van dat land moest aantasten. (2) Andere diensten van de Duitse inlichtingendienst gebruikten soms dezelfde personen of groepen om bijvoorbeeld informatie over strategische objecten te verkrijgen. De diensten wisten vaak niet van elkaar wie wat deed. Omdat alle informatie en instructies via Berlijn liepen, had men daar wel een betrekkelijk goed overzicht.

In de manier waarop bijvoorbeeld de IRA (Ierland), Vlaamse nationalistische bewegingen waaronder de VNV (België), de Nederlandse nationalistische en nationaal-socialistische bewegingen, waaronder de NSB en NSBND, de Parti Autonomiste Breton (PAB; beweging in Frankrijk), de Tiroler Heimwehr (Oostenrijk) en het Oekraïense Opstandelingenleger (UPA) werden benaderd, is duidelijk de blauwdruk van de bovengenoemde manier van werken van de Abwehrabteilung II te herkennen.

Hoe ver de benaderde bewegingen in hun sabotage zouden gaan, verschilde per land. Daar waar de Tiroler Heimwehr, de IRA, de PAB, de NSBND en het UPA van wapens werden voorzien, explosieven ontvingen, manschappen beschikbaar stelden en/of zelf aanslagen pleegden, lijkt de invloed van Abwehrabteilung II bij het VNV (België) en de NSB (Nederland) minder omvangrijk te zijn geweest.

In oorlogstijd waren sabotage of het juist voorkomen van vernielingen de hoofdtaken van de Abwehrabteilung II in het vijandelijk gebied. Daarover hieronder meer.

Start Kommando-Unternehmungen  K-Truppen en  S-Truppen
De eerste aanwijzing voor sabotage-operaties in oorlogstijd is terug te vinden in de Weisung Grün (de inval in Tschechisch-Slowakei, versie 30-5-1938 onder 5 a). Uitgangspunt bij de plannen voor deze inval was een strategische overval. Speciale (snelle) troepen zouden linies of objecten van achteren aanvallen, waarbij de grensbevolking, parachutisten en sabotagediensten gezamenlijk een rol konden spelen teneinde een dergelijke actie mogelijk te maken.

Groscurth stelde daartoe uit diverse vrijwilligersverbanden verschillende K-Truppen (Kampf-Truppen) en S-Truppen (Sabotageaktionen) samen. Bij de uitwerking van de Weisung medio 1938 ontstond verschil van inzicht tussen Hitler en Abwehrabteilung II over de inzet van deze Truppen. De Abwehr was gewend om dit soort groepen binnen de grenzen van het land zelf klaar te hebben met wapens en ander materiaal (inheemse of Duits). Hitler wilde, om politieke/diplomatieke redenen, dat de troepen vanaf de grens zouden opereren. Hij opteerde voor acties van kleine groepen 12 man (stoottroep) die langs de landsgrenzen tegen een aantal militair belangrijke objecten zouden optreden. (3)

Sudeten Freikorps
Op het hoogtepunt van de Sudetencrisis beval Hitler op 17 september 1938 tot oprichting van het Sudeten Freikorps onder leiding van Konrad Henlein. Het korps was omvangrijk en bestond uit ongeveer 40.000 aanhangers. Het Sudenten Freikorps saboteerde o.a. Tsjechische militaire installaties. Henlein beraamde zelf tot tweemaal toe een opstand in Tsjecho-Slowakije die beide keren mislukte. De pogingen om aansluiting bij Duitsland af te dwingen gingen echter voort. In het geval van een “militaire oplossing” (strategische overval) zouden de troepen van de Abwehrabteilung II een actieve rol bij de krijgsverrichtingen krijgen. Ter voorbereiding gingen Abwehrofficieren Hauptman Verbeek (AST Wenen) en Hauptman Fleck (AST Breslau) naar de grens tussen Tsjecho-Slowakije en Duitsland met enkele K-Truppen van de Abwehrabteilung II . Hauptman von Hippel, de latere stuwende kracht achter de Brandenburger, was als inlichtingenofficier van het 8. Armeeoberkommando (Ic/AO AOK 8) bij de militaire voorbereidingen op de inval in Sudetenland betrokken. Vooruitlopend op de daadwerkelijke gevechten en acties, verkenden deze troepen zelf het grensgebied in Tsjecho-Slowakije.

Uiteindelijk bleek de inzet van de K-Truppen in oktober 1938 niet nodig te zijn omdat een “politieke oplossing“ was bereikt. Een aantal Sudenten Freikorps leden vertrok nadat het korps was opgeheven naar de Waffen SS, een aantal kwam terecht bij de latere Brandenburger. Het fundament voor de Kampf-Organisation Abwehrabteilung II ; de latere Brandenburger, was hiermee gelegd.

Training van vrijwilligers
Het waren in die periode 1938/1939 officieren van de Abwehrabteilung II die de opleiding van Sudeten, Sileziërs en vrijwilligers van diverse pluimage verzorgden. Bij de inval in Polen opereerdeen de diverse groepen met wisselend succes. Voorafgaand kregen meerdere K-Truppen, bestaande uit Pools sprekende Sileziërs en volksduitse Polen, opdracht om enige belangrijke sleutelposities te bezetten totdat ze door de Wehrmacht troepen zouden worden afgelost. De bekendste groepen waren "Kampfverband Ebbinghaus" (5000 man), de K-Trupp Hertzner die te vroeg de Jablunka Pass innam en de "Industrieschutz-Oberschlesien".

Na 27 september 1939 werden een aantal kampfgruppen samengevoegd tot een compagnie met een organieke sterkte van 320 man, zulks ter voorbereiding op de veldtocht naar het Westen. (4) Na de Poolse nederlaag kreeg Hauptmann Theodor Von Hippel de Kampf-Organisation onder zijn hoede. De K-Truppen kregen een nieuwe status.

Bau-Lehrkompanie zbV 800
Op 15 oktober 1939 beval Canaris aan Hippel de oprichting van de eenheid die als eerste officiële militaire aanduiding Baulehrkompanie zur besondere Verwendung 800 kreeg. De K-truppen werden bij deze eenheid ondergebracht en kregen een soort Wehrmacht Gliederung. De leden kwamen onder de wapenen, hoewel velen geen enkele militaire opleiding hadden behalve de spoedcursus van de Abwehrabteilung II .

Taak van de Bau-Lehrkompanie zbV was: "... handstreichartige Besetzung kriegswichtiger Objekte, wie Brücken, Tunnels, Straßenkreuzungen, Rüstungsbetriebe, und ihr Halten bis zum Eintreffen der Spitzenverbände der deutschen Wehrmacht.....". In november 1939 versterkte Oberleutnant der Reserve Siegfried Grabert, commandant van de "Deutschen Kompanie"; een onderdeel van Kampfverband Ebbinghaus, de Bau-Lehrkompanie zbV 800. Aan de standplaats van de Bau-Lehrkompanie zbV 800 werd Brandenburg a. d. Havel ontleende de eenheid uiteindelijk zijn naam.

Bau Lehr Bataillon zbV 800
De compagnie groeide in aantal al snel tot de omvang van een bataljon en zo kreeg de eenheid op 10 januari 1940 de benaming Baulehrbataljon zur besondere Verwendung 800 (BauLehrBat. ZbV 800). De eenheid was ondergebracht bij de Gruppe 2/Spezial van de Abwehrabteilung II , met een staf en vier compagnieën met kazernes in Brandenburg, Spandau, Kustrin en Immermanzing. (5) Het moet in die periode zijn geweest dat leden van deze eenheid de benaming "Brandenburger" kregen.

De samenstelling varieerde in tijd sterk, mede uiteraard omdat de eenheid in opbouw was. Door het enorme aantal aanmeldingen bij en de verplaatsingen binnen de Brandenburger is een goed overzicht op enig moment in eind 1939/medio 1940 bijna onmogelijk. Eerst en vooral moest echter gewerkt worden aan de opleiding en training van de troepen. (4) Op 10 mei 1940 was de indeling vermoedelijk als volgt:

Stabskompanie/BauLehrBat.z.b.V.800, Hauptmann Theodor von Hippel
1.Kp./BauLehrBat.z.b.V.800,
2.Kp./BauLehrBat.z.b.V.800,
3.Kp./BauLehrBat.z.b.V.800,
4.Kp./BauLehrBat.z.b.V.800,  Oberleutnant Wilhelm Walther
        1.Zug/4.Kp./BauLehrBat.z.b.V.800, Leutnant Dietrich Witzel
        2.Zug/4.Kp./BauLehrBat.z.b.V.800, Leutnant Siegfried Grabert
5.Kp./BauLehrBat.z.b.V.800,
6.Kp./BauLehrBat.z.b.V.800,
Fallschirmjägerzug Leutnant Dlab
Kradzug Oberleutnant Erwein von Thun und Hohenstein
Nordzug (Bergezug), Leutnant Zülch
Westzug, Feldwebel Hermann Kürschner
Südostkompanie

Andere K-Truppen en S-Truppen.
Naast de Brandenburger waren er nog wel andere (gevechtseenheden) eenheden van de Duitse inlichtingendienst, o.a. van Hauptmann Fleck (AST VIII; Maastricht; later Hocke groep Abwehr Bat. ZbV 100), Reille (AST XII) en Abshagen (Oekraïene) en andere Sonderauftragen. Terwijl ook door Abteilung I (spionage) wel groepen werden samengesteld die dan met name (vlak) achter de oprukkende troepen archieven, fabrieken, etc. veiligstelden om te voorkomen dat informatie zou worden vernietigd.

Alternatieve rol K-Truppen
Lahousen had bij zijn aanstelling, medio 1939, onder andere expliciete instructies van Canaris ontvangen om SS en SD invloeden buiten zijn afdeling te houden en bestaanden SD elementen te verwijderen. Daarnaast hadden Canaris en Lahousen een speciale rol voor ogen met de vechttroepen die onder commando van de Abwehrabteilung II stonden. Bewapening en materiaal voor de operaties van de Kampf-Organisation waren in eigen beheer. Daaronder met name explosieven en ontstekingsmechanismen die in of bij Berlijn beschikbaar waren voor een speciale actie. De “speciale actie” was een (bom)aanslag op Hitler, Himmler en/of Heydrich die uiteindelijk op 20 juli 1944 werd verwezenlijkt. De plannen voor een dergelijke aanslag waren al in een veel eerder stadium gemaakt. Major Friedrich Wilhelm Heinz (op dat moment commandant van het eerste bataljon) en zijn adjudant Hans Albrecht Herzner (bekend van de operatie bij de Jablunka Pass) zouden in 1942 bijvoorbeeld een concreet plan voor een aanslag op Hitler aan Lahousen hebben voorgelegd. (6)

Daarnaast waren de troepen bedoeld om na de speciale actie sleutelposities te bezetten en deze te beveiligen, zoals het RSHA, radiozenders, bureau Abwehr, etc. (7) (8) Dat een deel van die troepen werden gelegerd in de Infanterie- und Kürassierkaserne aan der Magdeburger Straße, Brandenburg an der Havel zal, gelet op de specifieke wensen van Lahousen , in dat verband handig zijn geweest. De kazerne ligt op ongeveer 1 uur rijden van Berlijn. Mogelijk hebben ook de nabijheid van het laboratorium Berlijn-Tegel en het opleidingscentrum Quenzgut van de Abwehrabteilung II bij de keuze een rol hebben gespeeld. Von Hippel, steeds verbonden aan Abwehrabteilung II , was geen uitgesproken nationaalsocialist. (9)




1. KV-2-173, Lahousen, p. 86 en p. 104 ev.
2. Helmuth Groscurth, Tagebucher eines Abwehroffiziers 1938-1940, p. 19.
3. idem, p. 121
4. Franz Kurowski, Deutsche Komanndotrupps 1939-1945, Band II, p. 25.
5. Helmuth Spaeter, Die Brandenburger, p. 24 e.v.
6. KV-2-173 Lahousen, p. 104 e.v. (Canaris secret organisation)
7. Franz Kurowski, Deutsche Komanndotrupps 1939-1945, Band II, p. 18-24.
8. SPECIALCOLLECTION Nazi War Crimes Declassification Act 519cd81c993294098d516433, verhoor Von Pfuhlstein, Ref No SAIO/2 p. 15 e.v. “It was further made clear to me that my appointment as Commander of the BRANDENBURG Div was only a blind, that It would be my task to occupy a certain district of BERLIN with elements of the Div which were located in the town of BRANDENBURG and, above all, to eliminate Party officials, the SS, and the SD.” De speciale taak van deze troepen was niet alleen aan Lahousen meegedeeld maar dus ook aan de latere commandant van de Brandenburg divisie von Pfuhlstein.
9. KV-2-173 Lahousen, p. 88

> Ic-dienst/ Feindnachrichten OKW



 
Gebruiksvoorwaarden Colofoon Copyright 2014-2016 J.F.D. Bruinsma, bijgewerkt op 19 december 2016