Nederland Kring 1 Hamburg (Piet Hein) Kring 3 Berlijn (Lumey) Kring 7 Westfalen -Oost Kring 9 Rheine Kring 8 Kleef, kringleider A.H. Damhof Kring 6 Aken, kringleider H. Koehler Kring 5 Wiesbaden Kring 2 Duisburg (Brederode), kringleider J. Spreij Kring 4 Dusseldorf (Willem de Zwijger), kringleider W. Nieboer
Gemachtigde van de leider voor Duitsland, Julius Herdtmann Plaatsvervangend leider Friedrich van der Veen Raad van Discipline Vormingsleider Administratief inspecteur Leo Wevers Propagandaleider Friedrich van der Veen Organisator Chefs van Dienst vergaderingen, sprekers, materiaal, radio, film en foto, pers en propaganda-inspectie Penningmeester G. de Geus Hoofden, volkszorg, volksgezonheid, arbeidsinzet, arbeidsverheffing en lidmaatschapszorg Agrarisch raadsman Functionaris bijzondere opdrachten Adminstratief controleurs Vertegenwoordiger fronten en gilden Hoofd ATL (Algemeen Toezicht Leden) Hoofd Arbeidszaken Commandant Weerafdeling (Sport en Spel) Hubert Koehler Commandant Jeugdstorm Co Spreij Vertegenwoordiger Strijdfonds Leidster NSVO

Nationaal-Socialistische Bond van Nederlanders in Duitsland

Hoofdkwartier NSBND
Het hoofdkwartier van de NSBND was in feite gelijk aan de staf van een NSB district met een (districts-)leider Julius Herdtmann, een plaatsvervanger Friedrich van der Veen, een administratief inspecteur Leo Wevers, een Hoofd Afdeling II Financien G. de Geus, een Hoofd Afdeling III Propaganda Friedrich van der Veen, een Hoofd Afdeling IV Weerafdeling (Sport en Spel) Hubert Koehler, Hoofd Jeugdstorm Co Spreij, Hoofd agrarier, organisator, organisatie inspecteur, administrateur, wnd penningmeester, Vorming, chef plv, chef sprekers, Hoofd Gezondheid, Hoofd Kamaradenzorg, Hoofd agrarier, ATL., opsporing, NSVO, Econ., Techniek, opvoedersgilde, Raad v. Discipline en Proc. Gen.

1. Onderdeel van NSB
Het Duitse district (NSBND) was, tot 20 mei 1939, onderdeel van de NSB. Zij kende, zoals elk district van de NSB in Nederland, eenzelfde fijnmazige lokale organisatie. De basiseenheid was de groep van minimaal 15 leden, daarboven de kring en daarboven het district. De NSB was een revolutionaire beweging met een duidelijk toekomstvisioen: een solidaire nationale volksgemeenschap onder een leider die de volkswil belichaamde op basis van het leidersbeginsel (Führerprinzip) waarbij geen ruimte bestond voor afwijkende gedachten.

Inspraak bestond niet; de gehele organisatie werd aangestuurd vanuit het hoofdkwartier in Utrecht, waar Mussert in principe alle besluiten nam. In de praktijk ging Mussert vooral in ideologische en personele kwesties vaak af op advies van naaste medewerkers. De beweging was niet geinteresseerd in stemmen, maar richtte zich op het werven van actieve leden; werkers genoemd. Zij vergde van haar leden grote betrokkenheid en toewijding, immers zij streefde vanaf het begin naar een politiek leger om de nationaal socialistische gedachte met kracht aan het volk op te leggen.

Voor Duitsland was er een gemachtigde voor de leider. In eerste instantie was dat het hoofdbestuurslid Karl A. Mayer. Nadat de NSB in 1935 een steeds meer volkse (eigenlijk meer völkische) koers ging volgen, vestigde Julius Herdtmann zich, op verzoek van Mussert (11 mei 1935), weer in zijn geboorteplaats Düsseldorf. Hij werd gemachtigde van de leider voor Duitsland. De organisatie in Duitsland wilde naar haar zeggen als vaders zorgen voor hun landskinderen in het buitenland. Dat was Herdtmann als zoon van een Nederlands consul in Duitsland en zelf voormalig consul wel toevertrouwd.


2. Verhouding tot andere partijen
Nederlanders in Duitsland konden geen lid worden van de NSDAP, een partij die in 1933 de politieke macht in dat land had weten te veroveren. De NSB had voor Nederlanders in het buitenland organisaties waarbij zij zich aan konden sluiten; in Indië, België en in Duitsland.

Andere Nederlandse nationaal-socialistische bewegingen hadden eveneens afdelingen in Duitsland. De NSNAP bijvoorbeeld had meerdere Duitse afdelingen waarvan die in Oberhausen de grootste was. In 1941 werden de leden van de NSNAP op last van de bezetter in grote getale opgenomen in de NSB-beweging.

De Duitse tak van de NSB (latere NSBND) was in feite een apart district met eigen kringen en groepen. Het district stond in 1939 onder leiding van een districtleider / de gemachtigde van Duitsland Julius Herdtmann. Het districthuis/ hoofdkwartier was gevestigd in Düsseldorf. In 1935 bestond het district uit vier kringen, in 1940 waren dat er negen.

Zo ontstond in 1937 de op zichzelf curieuze situatie dat een lid van het NSB; Dr. Ing. W.A. Herweyer op de kandidatenlijst voor de Tweede Kamer stond, terwijl hij woonachtig was in Duitsland.


3. Werken in Duitsland
Werken in Duitsland was voor de Tweede Wereldoorlog een aanvaardbare manier om aan de kost te komen. Het werd door de overheid gestimuleerd, zelfs afgedwongen, want weigeren van werk in Duitsland betekende uitsluiting van een steunuitkering. Op die manier brachten de gemeentelijke arbeidsbureaus het aantal werklozen, dat als gevolg van de economische crisis in de jaren dertig onrustbarend hoog was, enigszins terug. Met inbegrip van de in Duitsland woonachtige Nederlanders (ongeveer 20.000) werkten er in 1938 ongeveer 40.000 Nederlandse arbeiders in Duitsland. Vanuit de NSB werd deze arbeidsemigratie sterk aangemoedigd en gereguleerd. Ongewenste elementen werden daarbij geweerd en NSB-ers werden bevoordeeld of althans voorgetrokken.

Men behield de Nederlandse nationaliteit met alle rechten en plichten, waaronder uiteraard ook de dienstplicht.


4. Groei van het ledenaantal
De Duitse tak groeide in omvang, eerst nog langzaam, vanaf ongeveer 1938 sneller. Als gevolg van de sterke toename werden vanaf maart 1939 een aantal nieuwe groepen en kringen opgericht, werden groepen bij andere kringen ingedeeld en zo ontstond een geografisch minder geordende structuur. Wanneer een voldoende aantal leden binnen een regio/dorp samen een groep wilden vormen en ze kregen daarvoor toestemming van de gemachtigde voor Duitsland, dan kon een nieuwe groep ontstaan. Kringleiders moedigden dit aan en zo groeide de beweging gestaag. Begin 1940 sprak de leiding de ambitie uit om op korte termijn 10.000 leden in Duitsland te hebben. De NSBND had geen districten, wel kringen die op hun beurt regionaal ingedeeld waren in groepen. Elke kring en elke groep had een staf, een propagandaleider en een ordedienst/ weerdienst die verantwoording schuldig was aan de leider van de Afdeling Sport en Spel van de NSBND in 1939/1940; Hubert Koehler.


5. Wetsvoorstel Goseling
De relatie tussen het district in Duitsland en de leider en het Hoofdkwartier van de NSB in Utrecht was gebaseerd op het leidersbeginsel (Führerprinzip). De leider besliste over alles en liet zich adviseren over allerlei zaken. Dat veranderde officieel toen de toenmalig minister van justitie Goseling begin 1939 een wetswijziging voorstelde dat als gevolg had dat de NSB formeel haar banden met de in Duitsland wonende kameraden moest verbreken. De leden in Duitsland gingen daarom op 20 mei 1939 geruisloos over in de nieuwe beweging van leider Herdtmann; de Nationaal-Socialistische Bond van Nederlanders in Duitsland (NSBND). Herdtmann werd de leider van de beweging en Mussert sprak de hoop uit om dit zo snel mogelijk weer terug te draaien hetgeen vrijwel direct na mei 1940 ook geschiedde. In de praktijk was het contact tussen de leider en de NSBND bepaald niet verbroken.

6. Sport en Spel
De NSBND had al eerder te maken gekregen met Nederlandse wetgeving. Sedert haar invoering was het op basis van de Wet op de weerkorpsen van 1936 aan particuliere organisaties verboden om taken uit te voeren die normaal door leger en politie werden uitgevoerd. Aangezien de Duitse tak van de NSB daar ook onder viel werd een dekmantel voor de militaire trainingen bedacht in de vorm van een beweging "Sport en Spel". In Nederland organiseerden de voormalig WA-mannen zich in op te richten wandelclubs of andere sportverenigingen. Deze (para-)militaire organisatievormen kenmerkten zich door een grote mate van geheimhouding, weinig schriftelijke richtlijnen, etc. en een ordening en bevelstructuur op basis van mondelinge afspraken.

7. Dekmantel
De beweging S&S was duidelijk een dekmantel voor een ordedienst die voor haar leden paramilitaire trainingen organiseerde. De eerste leider van de beweging was Gerhard van der Veen, de broer van Friedrich; de secretaris van de NSBND. Hij ontwierp het logo voor de NSBND en de vlag.

Toen Gerhard zich april 1939 in Nederland moest melden in het kader van de algehele mobilisatie, volgde Hubert Koehler hem op als leider van de dienst. Na de samenvoeging met de NSB kreeg Sport en Spel de officiële benaming van W.A. (Weerafdeling, vergelijkbaar met de S.A. van de NSDAP).

Het camoufleren van paramilitaire activiteiten was in die dagen in Duitsland een veelbeproefde praktijk. In de periode na 1930 werd de wens steeds groter om buiten de opgelegde beperking van het verdrag van Versailles te treden. Een manier was om de duur van de militaire dienst drastisch in te korten zodat er toch steeds op elk moment een beperkt aantal militairen in dienst waren, terwijl meer Duitsers in aanraking kwamen met militaire training. Daarnaast werd geoefend in particuliere verbanden die regelmatig bij elkaar kwamen. Dergelijke opleidingen en trainingen stonden vaak onder leiding van de krijgsmacht.

8. Invloed van Abwehrabteilung II
In het kader van de plannen en de concrete wens om Nederlandse personen bij de Duitse inval in Nederland in te zetten, had Herdtmann op 14 november 1939 een bespreking bij Abwehrabteilung II in Berlijn. Hij zegde toe dat een groot aantal leden van de NSBND aan sabotageafdeling van de Duitse Wehrmacht beschikbaar zouden worden gesteld aan de overvalploegen.

Zijn toezegging maakte het mogelijk om de voorbereiding van de operaties voor de overvalploegen door te zetten. De Nederlanders zouden een korte infanterieopleiding volgen met een specifieke instructie over explosieven en een verkenning van de locatie(s). Wilhelm Bodens zou daartoe als contactpersoon gaan optreden. Op detailniveau zou een en ander daarna verder worden ingevuld door Koehler en Mirow.

De organisatie van de weerafdeling S&S en de manier van opleiden ademen de bekende handelwijze uit, bijvoorbeeld zoals Otto Wagner in de periode 1925 tot 1934 in de regio rond Karlsruhe in opdracht van de Sudwestdeutscher sportsverband fur klein Kaliber-schiessen 7 centra oprichtte waarin sport en spel centraal stond en waarvan ook pistool- en karabijnschieten een onderdeel uitmaakte.

Wagner was in 1939 verbonden aan Gruppe 1/West en een medewerker van Marwede en zal in die hoedanigheid in de periode 1939/1940 ook contact hebben gehad met de NSBND. Hij kan het idee van korte trainingskampen hebben geopperd, mogelijk in combinatie met (voorafgaande) regelmatige geheime militaire oefeningen binnen de verschillende S&S groepen.


9. Bijeenkomsten
Op 19 november was een eerste bijeenkomst waarbij ongeveer 60-80 leden van S&S werden gemonsterd door de Abwehr. Een uur na de opening kwam Herdtmann binnen met Beauftragte der NSDAP Fritz Schmidt en Mirow. De voorlopige inspectie verliep zodanig dat medio december 1939 Bodens en zijn chef Marwede in Den Haag spraken met Herdtmann, Mussert en Harloff. De Abwehr chef wees Mussert er op dat hij al eens het een en ander voor Herdtmann had kunnen doen. Mussert verklaarde zich tijdens de bespreking deutsch-freundlich, hij stond met zijn volle sympathie aan de zijde van Duitsland en hij hoopte dat Duitsland een eventuele oorlog zou winnen.

In december ontbood de leider alle negen kringleiders van de NSBND met hun staven in Düsseldorf. Over de precieze inhoud van die bespreking bestaat geen duidelijkheid, feit is wel dat de NSBND in de periode daarop volgend tot mei 1940 ontzettend veel groepsvergaderingen organiseerde waarbij met name Koehler, van der Veen , Spreij, Duinker, Landman en Reekers spraken. De bijeenkomsten waren bedoeld om de "Nieuwe Orde" te propaganderen en hadden veelal een wervend karakter.

Van Hubert Koehler is bijvoorbeeld bekend dat hij zeer actief personen wierf voor de trainingskampen. Kringleiders en met name groepsleiders waren eveneens ijverig aan het werven voor de genoemde opleiding. De betrokkenen ontvingen een vergoeding en loon van de NSBND. De weerstand tegen recrutering was met name gericht op het financiele risico dat de deelnemers en hun familie liepen. De betrokkenen ontvingen een vergoeding en loon van de NSBND. Nadat de leiders hadden verklaard de verzorging van de gezinnen op zich te nemen, gingen velen akkoord.

Uit de verklaringen van enige betrokkenen bij de overvalgroepen komt een aantal malen naar voren dat de rekrutering als agressief en intimiderend werd ervaren. De uitlatingen daaromtrent kunnen mogelijk ook verklaard worden vanuit de situatie waarin zij zich naoorlogs gesteld zagen, namelijk een mogelijke veroordeling voor hun bijdrage bij de inval in mei 1940.

10. Trainingskampen
In maart 1940 vertrok de grootste groep leden van de NSBND naar de trainingskampen van de Abwehrabteilung II (Brandenburger), in april volgden nog enige kleinere groepen. Velen van hen werden ingedeeld bij de diverse overvalgroepen die voor aanvang van de Duitse inval strategische plekken, waaronder voornamelijk bruggen, moesten veilig stellen voor de oprukkende Duitse troepen. Ze werden getraind in oefeningen van het Nederlandse leger op basis van Nederlandse dienstvoorschriften. Hoewel de Nederlanders tot vlak voor de actie een keuze hadden (deelname geschiedde op basis van vrijwilligheid), traden zeer weinigen terug. De operaties verliepen niet erg succevol, slechts in enkele gevallen slaagde de opzet. In individuele gevallen kan een slechte training, slechte voorbereiding of onvoldoende overtuiging een rol hebben gespeeld.

11. Na de capitulatie
De door de Abwehr ingeschakelde Nederlanders ontvingen voor hun diensten na de capitulatie grote bedragen gekregen van het bondsbureau van de NSBND. Op 30-11-1940 werden alle leden van de NSBND weer opgenomen in de NSB en werd het een district van de NSB. Daarmee was een einde gekomen aan de NSBND als "onafhankelijke" organisatie. De situatie was echter wezenlijk veranderd. Nog steeds wierf men Nederlanders in Duitsland, nu echter om deel te nemen aan de Waffen-SS. Zij voegden zich dan na aanmelding niet bij de Abwehr maar bij de leden die al waren ingedeeld bij het SS-Ersatzbatallion Deutschland in de München-Freimann kazerne, waar ook een aantal leden van de Mussertgarde waren ingedeeld. Eind 1940 kregen ze de keuze om terug te keren naar Holland of een verbintenis aangaan met het SS-regiment Westland voor een periode van 6 maanden, 2 of 4 jaar of voor de duur van de oorlog. Enkelen kozen voor het eerste.

Kringen en groepen van NSBND
Hieronder volgt een (voorlopig onvolledig) overzicht op basis van enige bladen "Volk en Vaderland", "De NSB-er" en "Hou en Trou" uit de periode 1938-1941. Tussen haakjes (..) de data waarop werd geconstateerd dat die persoon in die betreffende hoedanigheid functioneerde.

Kring 1 (501) Hamburg (Piet Hein), kringleider J.J. Swagermann

Adres:

Onder kringleider:

Kringpropagandist:

Kringpenningmeester:

Kringsecretaris:

Groep Oldenburg-stadt, groepsleider D. Postmus

Groep 2. Bremen groepsleider P. van der Vaart (feb 40), Meijer (jun 41)

Groep 3. Hannover

Groep 4. Nordhorn groepsleider Creemer (jan 39), van Driessel (jul 40), Meddens ondergroepsleider (jul 40)

Kring 2 (502) Duisburg (Brederode), kringleider Versteeg (mei 38) J.J.B. Spreij (jul 39) Benders (jul 40)

Adres: Au-strasse 10

Onder kringleider:

Kringpropagandist: Storm (jul 40)

Kringpenningmeester:

Kringsecretaris: J. Douwes

Groep 1. Duisburg-Laar, groepsleider G. de Gundt (jan 40), Grolleman (jul 40)

Groep 2. Essen, groepsleider W.G. Van den Hoonaard (mrt 39) Majoor (jan 40), A.W.J. Engels (feb 40)

Groep 3. Wesel, groepsleider P. Schoonderwoerd

Groep 4. Duisburg-Hochfeld groepsleider W. Goosens (jul 39) Mathlener (aug 40)

Groep 5. Hamborn, groepsleider M. Benders (jul 39) de Man (jul 40)

Groep 7. Oberhausen, groepsleider W. Wouda

Groep 7. Mülheim-Ruhr, groepsleider G. Wursing (jul 40), groepspropagandist Hanselaar

Kring 3 (503) Berlijn (Lumey), kringleider J. Visser

Adres: Kaiserallee 210 I

Onderkringleider:

Kringpropagandist:

Kringpenningmeester: F.M. Dingemans

Kringsecretaris: R. Wils

Groep 1. Berlijn F.M. Dingemans (jul 39) ir. Leenaerts (feb 40), Weenenk (aug 40)

Groep Berlijn, groepsleider R. Wils, tevens kringadministrateur

Groep 2.

Groep 3.

Groep 4. Maagdenburg groepsleider Karel Daelen

Groep 5. Henningsdorf groepsleider B.H. Fledderman

Kring 4 (504) Düsseldorf (Willem de Zwijger), kringleider F. van der Veen (mrt-mei 38) W. Nieboer (jun 38-)

Adres: Ronneterweg 15 M-Gladbach

Onder kringleider: P.J. Meulenberg

Kringpropagandist: F. van der Veen (dec 37-mrt 38) Landman

Kringpenningmeester:

Kringsecretaris: W.G.van den Hoonaard (1938)

Groep 1, Neuss, groepsleider van der Weijst (feb 38) Leo H. Wevers (mei 38-feb 40) Jan Duinker (feb 40)

Groep 2. Wupperthal, groepsleider ir. Voorhoeve (nov 37 - jul 39) P. van Driel (jan 40)

Groep 3. M-Gladbach, groepsleider P.J. Meulenberg

Groep 4. Düsseldorf-Noord, groepsleider Keller (jan 38)

Groep 5. Grevenbroich (sinds jun 38), groepsleider J. Leurs, groepspropagandist Th. Swart

Groep 6. Düsseldorf –Noord, groepsleider Seegers (mei 38) van de Winkel (feb 40) van Keulen (aug 40)

Groep 7. Keulen, groepsleider F.E.J. Jansen

Groep 8. Moers, groepsleider J. Kalden

Groep 9. Düsseldorf-Zuid, groepsleider Keller Clausman (41)

Groep 10. Krefeld, groepsleider Peter Artz

Groep 11. Düsseldorf-Eller, groepsleider Lukkes

Groep 12. Solingen, groepsleider van den Hoogen (overleden juni 1940) Westenberg (41)

Groep 14. Herzogenrath, J.M.G. Essers / Straelen groepsleider A. Liebregt (jul 40)

Groep 15. Nieukerk, groepsleider Konings (jan 40)

Groep 17. Wickrath, groepsleider J. Neten (jul 40; was gemobiliseerd in NL) Rheindalerweg 10

Groep 18. Bonn, groepsleider

Groep … Gelsenkirchen, groepsleider A.J. Steen (jul 39)

Groep … Datteln, groepsleider Penders (mrt 39)

Groep … Karnap, groepsleider Vis (mrt 39)

Groep … Remscheid, groepsleider W.N. Aspach

Groep 22. Haan, groepsleider T.J. Bakker (mrt 39) Neutenboom

Kring 5 (505) Wiesbaden (Hoorne), kringleider L. Latten

Onder kringleider:

Kringpropagandist:

Kringpenningmeester:

Kringsecretaris: Lambertsma (jul 39-aug 40)

Groep 1.

Groep 2. Mainz groepsleider ter Horst (jul 39)

Groep 2. Hagen groepsleider Wijkelsma (jul 40)

Groep 3 Frankfort groepsleider Latten (jan 40)

Groep 4 München groepsleider F.J.J. van der Valk (jan 40- okt 40)

Groep 5. Ludenscheid groepsleider Blouw (jul 40)

Groep 6.

Groep 7.

Groep 8.

Groep 9. Hattingen – Ruhr groepsleider R. Ros

Kring 6 (506) Aken (van Egmond), kringleider H. Koehler (vanaf mrt 39)

Onderkringleider:

Kringpropagandist: P. Stevens

Kringpenningmeester: J. Ramaekers

Kringsecretaris:

Ledenadministratie: mevr G. Koehler-Geurts

Groep 1. Aken, groepsleider Nijsen (jul 39) Ramaekers (feb 40)

Groep 2. Herrig groepsleider W. Gravenmaker (jul 39)

Groep 3. Düren groepsleider Ekema (jul 39) de Vries

Groep 4. Herzogenrath groepsleider Snijders (tot feb 38), Lovis (na feb 38)

Groep 8. Würselen groepsleider P. Herwartz (mrt 39)

Groep 9. Merckstein groepsleider Essers (aug 40)

Groep 10. Kohlscheid (mogelijk io mrt 39)

Groep 11. Tüdderen groepsleider W. Schepers

Groep 12. Geilenkirchen (aug 40)

Kring 7 (507) Westfalen-Oost (Van der Werff), kringleider J.C. de Wit

Onder kringleider:

Kringpropagandist: Groenewolt

Kringpenningmeester:

Kringsecretaris:

negen groepen (jan 40)

Groep 1. Bochum groepsleider Smit (41)

Groep 2. Hagen groepsleider Notenboom (41)

Groep 3. Iserlohn groepsleider Warmer

Groep 4. Bielefeld, groepsleider van der Horst

Groep 6. Emsdetten, groepsleider Bannink, groepspropagandist Nagels

Groep 7.

Groep 8. Anholt, groepsleider Gerritsen

Groep 9. Hattingen groepsleider Dolderman

Groep … Ahaus in oprichting (feb 40)

Groep … Paderborn groepsleider A. Even


Kring 8 Kleef (Prins Maurits), kringleider A.H. Damhof

Onder kringleider:

Kringpropagandist:

Kringpenningmeester: H. Janssen

Kringsecretaris: (G.H.A. Spoon jul 39-jul 40), (Klavers 1941)

Groep 1. Kleef, groepsleider Th. Lamers

Groep 2. Goch, groepsleider Stammen

Groep 3. Emmerich, groepsleider Heinrich Wilhelm Jansen (Sr)

Groep 4. Elten, groepsleider H.W. Jansen

Kring 9 Rheine (Prins Frederik Hendrik, vanaf april 1939), kringleider J.R. Nijenhuis (vanaf begin 1940)

Onder kringleider:

Kringpropagandist: Reekers

Kringpenningmeester: H.J. Ten Tije

Kringsecretaris: L. H. Imans

Groep 1. Nordhorn, groepsleider Imans (feb 40)/ van den Kerkhof (jul 40; terug uit NL)

Groep 2.,groepsleider Elferink (aug 40)

groepspropogandist: Kuypers (aug 40)

groepssecretaris: Akkerman (aug 40)

Groep 3. Rheine, groepsleider ter Steege (jan 40)

Groep 4. Ahaus, groepsleider de Boer

Groep 5. Bocholt, groepsleider J.B. Meshing (jun 38- aug 40)

Groep 6.

Groep 7. Ibbenbüren, groepsleider Meyer (aug 40)

Groep 8.

Groep 9. Osnabrück, groepsleider

groep 10 Münster, groepsleider Jongeboer

Nieuwe Groep Vreden, Rademaker (jun 38) kringleider Reeser van Winterswijk is actief deze groep op te richten

Nieuwe Groep Sudewick, Rademaker (jun 38) kringleider Reeser van Winterswijk is actief deze groep op te richten







(Deze pagina is nog in bewerking. Derhalve zullen, voor zover noodzakelijk, nog aanvullingen en/of correcties volgen.)

Mussert richtte zich tijdens de landdag in Loosduinen op 12 oktober 1935 rechtstreeks tegen hen die gekomen waren om de gelofte van trouw af te leggen aan de NSB en haar leiding. "Tot u, zesduizend Nederlandsche mannen en vrouwen, die hier gekomen zijt om de belofte van trouw af te leggen aan de Nationaal-Socialistische Beweging en haar leider, wil ik afzonderlijk een enkel woord spreken (........ ) Wij moeten een politiek leger vormen, dat gelooft in de roeping van de NSB. Gij zijt de soldaten van dat leger. Aan lafaards en zwakkelingen en betweters heeft dat leger niets. Leden, die, bij de minste moreelen tegenstand in elkaar zakken als een ijspudding in de zon, zijn slechts ballast voor de Beweging." Volk en vaderland : weekblad der Nationaal-Socialistische Beweging in Nederland 19-10-1935, p. 4
Herdtmann vertrok per 11 mei 1935 naar Duitsland. Hij werd eerst gewestelijk organisatie-inspecteur van de NSB en in 1937 gemachtigde voor alle in Duitsland wonende NSB'ers. Hij vervulde die functie naar tevredenheid waarbij hij vele kringen en groepen van de NSB in Duitsland bezocht. De toename van het aantal Nederlanders in Duitsland zorgde ook voor een toename van het aantal leden. Leidsch Dagblad, 18 november 1949, pagina 2
De Arbeitsinzet, de gedwongen arbeid van Nederlanders in Duitsland, 1940-1945 door B. A. Sijes, pagina 37 tot 43.
Deze praktijk is beschreven in Kuijs, G. C. J. (2010). De vrees voor wat niet kwam : nieuwe arbeidsverhoudingen in Nederland 1935-1945, aan het voorbeeld van de Twentse textielindustrie, p. 197. Het is meer dan voorstelbaar dat deze praktijk niet beperkt bleef tot Denekamp. Gelet op het relatief grote aantal NSB-ers dat in Duitsland ging werken, lijkt deze effectieve werkwijze om "ongewenste" invloeden uit te bannen en "gewenste" te kanaliseren, eerder van hogerhand opgelegd dan incidenteel gebruikt.
Broek, G. J. A. (2014). Weerkorpsen: extreemrechtse strijdgroepen in Amsterdam, 1923-1942, p. 270-278.
A.H. Damhof beschouwde Friedrich van der Veen als het (organisatorische) brein achter de beweging; de man achter de schermen, terwijl Herdtmann het gezicht van de beweging vormde in zijn beleving, zie CABR 104303 Friedrich Andreas Paul van der Veen, PRA Den Haag, dossier 4608/IV/47, verklaring A.H. Damhof d.d. 19-4-1949. De familieverhouding tussen Gerhard en Friedrich wordt bevestigd in het bevolkingsregister van Vught en o.a. in De zwarte soldaat : blad voor de WA, 07-10-1943, p.8.; Proces Verbaal van nader verhoor inzake A.H. Damhof van J.A. Visser, behorende bij Proces Verbaal No. 130 d.d. 24 januari 1946.
Maastricht en Luik bezet: een comparatief onderzoek naar ..., Paul Bronzwaer, ISBN: 978-90-8704-158-8, pagina 47.
KV 2/284 Wagner, vanaf p. 16 Als voorbeeld diende mogelijk ook het Zwitserse model hetgeen uitmondde in het Krumper-Roon model. Gedurende een periode van 3 maanden kreeg de cursist militaire training en was daarmee voldoende opgeleid, zo redeneerde men in Zwitserland; het geboortreland van Otto Wagner. Dit was vergelijkbar met de Volksport of Wehrsport die een soort soort militaire vooropleiding op de daadwerkelijke dienst was.
CABR 104303 Friedrich Andreas Paul van der Veen, PRA Den Haag, dossier 4608/IV/47, verklaring A.H. Damhof d.d. 19-4-1949. Damhof noemde in dit verband ook ene Struijk die aanwezig was bij deze bijeenkomst.
De-Jong_Koninkrijk_deel-02_Neutraal, p. 294
Uit een studie van een aantal bladen Hou en Trou komt naar voren dat een flinke toename van het aantal bijeenkomsten en vergaderingen valt waar te nemen in de periode december 1939 tot april 1940. Dit wordt ook in andere dossiers van betrokkenen bij de Brandenburger actie bevestigd. Opvallend is dat Koehler en F. van der Veen het leeuwendeel van het aantal spreekbeurten voor hun rekening namen. De bladen zijn in te zien in de studiezaal bij het NIOD te Amsterdam.
CABR 104303 (PRA Den Haag, dossier 4608/IV/47, verhoor Haalen d.d. 25-3-1947)
CABR 104303 (PRA Den Haag, dossier 4608/IV/47, verhoor A.H. Damhof d.d. 19-4-1949)
In mei 1939 hadden alle leden een NSBND stamboeknummer gekregen. Bij de hereniging ontvingen ze opnieuw een nieuw stamboeknummer.
Aangezien in de archieven nog geen complete staat kon worden achterhaald, moest dit overzicht worden geconstrueerd op basis van de genoemde bladen en naoorlogse verklaringen van betrokkenen. Aangezien onvolledigheid inherent is aan deze situatie, pretenderen we geenszins een volledige en foutloze schets te kunnen verstrekken.